
Onrust…

de zekerheid van zon en wind
van wolken en van regen
dat zou heel troostrijk kunnen zijn
en toch valt dat soms tegen
een veulen voor me in de wei
graast spriet voor spriet zich naar me toe
zo nu en dan kijkt het naar mij
ik ben dus hier maar weet niet hoe
toch streelt de wind zacht mijn gezicht
heel licht, zonder te vragen
ik doe mijn ogen even dicht
soms heb je van die dagen
verlangen zonder grenzen
is streven zonder eind
kun je niet beter wensen
wat dat streven juist verkleind
dat je niet hoeft te zoeken
naar dingen in ‘t verschiet
dat het juist heel dicht bij je is
en dat je dat dan ziet
niet eindeloos maar streven
of zoeken naar de zin
want van je hele leven
ben jij steeds het begin
Geen idee
Wat er komt
Of het schrijven
Verstomd
Zonder woorden
Van waarde
Net als alles
Op aarde
Zie het blauw
Van de lucht
Na het grauw
Van de regen
Denk ‘nou, nou’
Als ik zucht
Handen vouw
Hoop op zegen
Al dagen een onbestemd gevoel. De wereld op een keerpunt. 24/2 is het 9/11 van Europa, las ik vanmorgen in de krant. Wat ik nu voel lijkt wel op wat ik toen voelde. Lijkt op wat ik na gisteravond opnieuw voel. Ongeloof. Steen op de maag. Machteloos. Gevoel van medeleven met de slachtoffers. Onbegrip. Wie is tot zoiets in staat? Hoe is het in godsnaam mogelijk?
In godsnaam? Heeft god, als er al zo’n opperwezen met ons meekijkt, hier even weggekeken? En waar was hij gisteren, toen op het Lambertusplein, nota bene naast zijn goddelijk huis de Lambertuskerk, een 21-jarige dorpsgenoot werd doodgestoken? In godsnaam? Nee, dat zou te gemakkelijk zijn. Onterecht om ‘hem’ (lhbti) te laten opdraaien voor iets waar ik met mijn verstand niet bij kan.
Vreselijk. Zinloos. En zo tragisch onherroepelijk. Plaatsvervangende schaamte voor wat mensen elkaar kunnen aandoen. Meeleven met de nabestaanden is het minste wat je kunt doen. Maar dat is zo verdomde weinig, vergeleken met het immens grote leed dat hen is overkomen.
Ik zie vanmorgen de eerste bloemen liggen op de plek die is afgezet met drie grijze, koudmetalen dranghekken. Mensen staan er stil. In gedachten. Zelf ben ik in stilte doorgefietst. Van het Lambertusplein naar het Wilheminaplein. Over knarsend glas en kapotte plastic bekers, gezien dat de winkels open zijn en mensen ook hun boodschappen weer doen. Alles gaat gewoon door. En toch is alles anders..
Ik wil de stilte van het bos opzoeken. Fiets naar de Paes en hoor in de stilte de geluiden van het bos. Geluisterd naar de vogels. Gekeken naar de bomen. Ik voel dat in de stilte ervan iets van een antwoord ligt besloten, maar het is te verborgen om mijn vragen van dit moment te beantwoorden.
Hoe ga je als ouders en nabestaanden om met dit drama? Hoe reageer je op het ondenkbare? Hoe leef je verder na een niet te begrijpen confrontatie met de dood?
Omgevallen bomen in het bos lijken hun ruimte te hebben gevonden tussen de bomen die nog rechtop staan. Hun takken hebben zich in elkaar verweven. Ontworteld maar opgevangen. Verslagen maar gedragen.
Het is niet genoeg. Het is iets. Net genoeg? Omdat er niet méér is? Omdat hij er niet meer is?
De vogels fluiten een antwoord. Ik begrijp het niet. Nog niet?
Zou hij het fluiten van de vogels nu wel begrijpen? Ik hoop het…
Voor hem. Voor hen.
thee op terras
bij Jan en Monique
koekje erbij
en mooie muziek
het houdt ons wel bezig
maar niet van de straat
straalkacheltje aan
zonnetje-surrogaat
denk je toch bijna bij jezelf
wat was ‘t wat er mis was
en hoor je ‘have yourself
a merry little christmas’…
GvdM | 181221
GvdM | 231121