Gewoon anders…

Zo. In de Schaak. Op een plek waar volgens mij veel wandelaars, hardlopers en mountainbikers voorbij gaan komen. Aan de Gussenweg. Na een ronde fietsen, met de bedoeling om ergens te gaan schrijven, hier neergestreken. Tien uur vanmorgen thuis vertrokken en nu, 50 minuten later, al schrijvende aan het afkoelen aan een picknicktafel in de schaduw van de Schaak. Tot nu toe nog niemand gesignaleerd. Enfin. Maakt ook niet uit. Wel zojuist wat beestjes van mijn hand af moeten blazen.

Toen ik een uur geleden thuis wegging, ben ik door het centrum gefietst. Op straat waren opzichtige witte pijlen aangebracht. En op twee plekken -bij de ingang en bij de uitgang van het centrum- waren levensgroot twee witte menssymbooltjes op het wegdek gespoten, met de mededeling dat we ‘rekening met elkaar moesten houden’. Alle terrassen waren afgezet met rood-wit lint. Alsof er ook rekening gehouden moest worden met een ingelaste landelijke jaarbijeenkomst van het Rode Kruis. Of een soortgelijke happening met een rampentintje. Vreemde gewaarwording. Maar wel begrijpelijk.

Overmorgen mogen de terrassen open. En ook in de cafés zijn dan weer gasten welkom. Allemaal op basis van het ‘nieuwe normaal’, wat per definitie inhoudt dat het dat nog lang niet is. Nieuw wel, maar normaal? Nee, lijkt me niet. En bovendien een contradictio in terminis, als je het mij vraagt. Want als iets nieuw is, dan kan het toch nooit al normaal zijn? Maar ik wil me daar niet al te druk over maken. Want voor je het weet heb je er een probleem bij.

Het ‘nieuwe normaal’ lijkt in deze fase namelijk steeds meer een beladen semantische woordstrijd te worden. Rutte, als verpersoonlijking van het landelijke beleid, zou het niet meer zo moeten noemen, vinden tegenstanders, omdat het suggereert dat het nooit meer anders kan worden dan dat het nu is. Wie er in deze discussie gelijk heeft, laat ik met liefde in het midden. Om dezelfde reden dat ik even alle andere complottheorieën buiten beschouwing laat.

Maar wat ik wel vind, is dat taal mag leven. Taal is veranderlijk. Kneedbaar. En dat we om die reden zaken niet zo letterlijk moeten nemen. Of principieel over moeten doen. Wat vandaag ‘gewoon’ taalgebruik is, is morgen passé. Het ‘nieuwe normaal’ is net zo abnormaal als dat het ‘nieuwe abnormaal’ normaal is. En andersom. Als je beiden maar lang genoeg herhaalt, is het nieuwe er zo van af en blijft er gewoon normaal of anders abnormaal over.

Alles is een hele poos anders geweest en straks wordt hopelijk alles weer gewoon. Daar zit wat tijd tussen, die we ieder op onze eigen manier moeten zien te overbruggen. Het zal best wat ongewoon zijn als straks alles weer normaal is. Net zo goed dat het misschien in de toekomst wel heel gewoon wordt dat er zich nieuwe abnormale omstandigheden gaan voordoen.

Ik blaas voorzichtig nog een beestje van mijn toetsenbordje, vouw het op en duw het in mijn tas. Mijn normale toetsenbord ligt thuis. Dit opvouwbare is nieuw. Daar kun je mee in de Schaak schrijven. Voor sommige hardlopers misschien wel een abnormaal beeld. En toch kan het. Gewoon anders.

Gepubliceerd door

Geert van den Munckhof

Gedachten digitaal delen en vastleggen in verhalen.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s