Een buitenverhaal. Op een plek die elke keer als ik er weer zit, méér vervuild is dan de keer daarvoor. Hoe langer ik er naar kijk, hoe meer mij het gevoel bekruipt dat we met z’n allen niet meer te redden zijn. Als er op een rustige zitplek, net buiten Meterik, al zo gemakkelijk zoveel rotzooi wordt achtergelaten, hoe moeilijk wordt het dan om het afvalprobleem van de wereld op te lossen.
Afijn. Op een zondagmiddag heb ik weleens vaker van die confronterende, moedeloos makende wereldverbeterende gedachten. Het is het eerste dat bij me opkomt, terwijl ik ga zitten en om me heen kijk. Achter een boom ligt de meeste troep. Gebruikte servetten. Snoeppapiertjes en lege aluminium bakjes. Veel lege blikken en hier en daar een leeg pakje sigaretten. Als ik het van dichterbij bekijk, dan zie ik binnen- en buitenlandse merken, zowel op de blikken als op de sigarettenpakjes.
Terwijl ik me afvraag waar het aan ligt dat mensen zo gemakkelijk hun troep achterlaten, valt mijn oog op een achtergelaten folder. ‘Meer kopen, meer korting’ staat er prominent links boven in de hoek. Misschien is het dat wel, bedenk ik me. We hebben gewoon te veel en dan nog worden we voortdurend aangezet tot meer. Zeker als er korting wordt gegeven.
Wrang dat die folder nu gewoon tussen de andere troep ligt. Maar misschien ook wel heel goed en tekenend voor de situatie. Voor elke rustzoekende toerist, fietser of wandelaar die hier plaats neemt tussen de rommel is het mogelijk een bewustwordingsmoment. Na de eerste ergernis over de rotzooi is het in tweede instantie misschien wel een stimulans om eens na te gaan hoe het eigen koop- en opruimgedrag is.
Ik zag dat het kermis was in Meterik, toen ik hier naar toe fietste. Vertier rondom de kerk. Veel fietsers die hier voorbij komen om te genieten van de feestelijkheden. De meesten weten waarschijnlijk niet aan welke rommel ze voorbij komen. Hoewel ze langs hun route met grote waarschijnlijkheid ook al het een en ander in de berm hebben zien liggen. Wie weet, misschien zelf wel iets hebben weggegooid.
We doen het zelf. Het wel of niet weggooien en -gelukkig- zo nu en dan ook het opruimen. Of er over schrijven. Ik laat het voor nu bij het laatste. Maak nog wat foto’s ter illustratie en besluit het verhaal te delen. Ik troost me met de gedachte dat er op deze plek toch nog steeds méér groen is dan zwerfvuil. Met een opgeruimd gemoed (zucht) fiets ik weer naar Horst. Richting terras. Iets te drinken kopen…
Ik zou gedacht hebben dat jij een goed voorbeeld gegeven zou hebben en die zooi opgeruimd had Geert…….
Dan had je een statement geplaatst!