Retraite…

Alle boeken die er staan stralen oudheid uit. Een aantal is ook echt oud. In ieder geval in een staat die dat doet vermoeden. Er hangt een sfeer van vervallen wijsheid. Wijsheid, die er niet meer toe lijkt te doen. Op een vreemde manier wel passend bij mijn voorstelling van het klooster in Huissen, waar ik de komende dagen mag vertoeven. Ik ben op een midweek, waarin filosofie en retraite zijn gecombineerd. Het is maandagavond 10 augustus, half acht.

‘Leven zonder waarom’ is het thema van de midweek. Het is een uitspraak van Meister Eckhart van zo’n 800 jaar geleden. Hij is één van de drie denkers die de komende dagen aan bod komen. De rode draad is ‘Innerlijkheid’. Uit het voorstelrondje blijkt een grote diversiteit in de achtergronden van de twaalf deelnemers aan de midweek.

Innerlijkheid is een begrip waar blijkbaar moeilijk een definitie aan te geven is. Het raakt aan ‘ziel’ en ‘geweten, volgens Welmoed Vlieger, die de midweek begeleidt. Bij alledrie de denkers komt het begrip innerlijkheid terug als een tegelijk betrokken zijn bij de ander en bij jezelf. Het is de dialoog tussen de binnenwereld en de buitenwereld. In het spanningsveld van die twee werelden verhouden zich de drie denkers, waar we de komende dagen meer van gaan horen: Meister Eckhart, Dag Hammarskjöld en Søren Kierkegaard.

Om pakweg half 10 die avond praten we als groep buiten in de kloostertuin nog wat na. Het valt me op dat sommige mensen graag over zichzelf vertellen terwijl anderen liever luisteren. De ‘praters’ hebben voorbeelden uit hun eigen leven die ze -wat mij betreft ietwat voorbarig- meteen in verband menen te moeten brengen met de korte inleiding van Welmoed. Ik merk dat ik in deze fase meer geneigd ben om te luisteren.

De volgende dag krijgt Meister Eckhart meer diepte. ‘s Morgens informatie over zijn leven en werk en ‘s middags in groepjes van vier in gesprek over een aantal van zijn citaten. Opdracht is om uit de citaten met de groep er één te kiezen die je gezamenlijk het meest raakt. De reden waarom dat citaat gekozen werd, wordt vervolgens weer plenair door iedereen gedeeld met de rest. Een werkvorm die hele persoonlijke verhalen laat ontstaan.

Bij Dag Hammarskjöld, de volgende dag, hetzelfde patroon. En ook Søren Kierkegaard, donderdagochtend, krijgt op deze manier een onverwachte diepgang. Dat, gecombineerd met het ritme van het leven in een Dominicanenklooster, maken deze vier dagen tot een speciale ervaring. Voor het eerst in mijn leven bijvoorbeeld Lauden en Vespers bijgewoond.

In één van de pauzes heb ik één van de oude boeken opengeslagen. Mijn oog viel op een sfeervolle potloodtekening die me herinnerde aan een belofte die ik een tijd geleden aan een collega had gedaan die op zwangerschapsverlof ging. Ik weet nu wat ik haar ga sturen. Op enig moment in de resterende twee weken van mijn vakantie ga ik daar mee aan de slag.

Al met al, geïnspireerd door een midweek, waar mooie indrukken van buiten naar binnen zijn gekomen. Indrukken en emoties die bestaande inzichten nieuw elan geven en nieuwe inzichten hebben laten ontstaan voor verdere groei en verdieping. Tussen oude boeken met nieuwe mensen.

vervallen boek
vol oud latijn
vergeten wijsheid
teer vergeeld

stil in een hoek
verleden zijn
versleten grijstijd
weer gedeeld

Dankjewel!

Al vijf keer een eerste regel weggepoetst. Gebackspaced, om maar in moderne termen te blijven. Of gedelete. Hoe dan ook, vijf keer opnieuw begonnen en toen maar bedacht dat ik het misschien juist daarover kort moet hebben. Vijf keer had ik een eerste idee, maar kwam ik daar schrijvend niet verder mee. Meestal een teken van te weinig inspiratie, maar daar aan toegeven wilde ik niet. Vaak helpt een goeie eerste regel me, maar soms heeft een idee net iets meer nodig..

Welke ideeen dat waren? Ik dacht even aan het lezen van boeken. Dat ik er nu twee ‘tegelijk’ aan het lezen ben. ‘The subtle art of not giving a f*ck’ van Mark Manson en ‘Taal voor de leuk’ van Paulien Cornelisse. Mijn indruk dat ik in beide boeken onderwerpen tegenkom die onderling uitwisselbaar zijn. Maar ja, mijn indruk. Dus wat voegt dat toe aan de wereld. Backspacen…

Een ander onderwerp waar ik aan dacht: iets schrijven over het schoonmaken van de grafsteen van mijn ouders. Zo nu en dan op mijn fietstochten ga ik daar langs om er letterlijk heel even bij stil te staan. Elke keer kijk ik naar de namen in steen, zie de geboortedatum van beiden en de jaartallen dat ze zijn overleden. En elke keer neem ik me voor dat ik er ooit een keer gericht naar toe moet gaan, met een emmer en een borstel. Dat moment gaat een keer komen. Maar tot die tijd… backspacen die eerste zin.

Toen schreef ik op: ‘Waarom lijkt een lang weekend op vrijdag nog zo lang terwijl hetzelfde weekend op maandag in no-time voorbij is gegaan’. Naar die zin heb ik een tijdlang gekeken, maar daar kwam ik helemaal niet verder mee. Sterker nog, de tijd die het nadenken daarover kostte, ging van de geringe hoeveelheid tijd af, die ik voor mijn gevoel op deze vrije maandag nog had. Snel backspacen dus.

En zo had ik nog wat ideeen, die ik nu alweer kwijt ben. En dat zegt eigenlijk al genoeg over de schrijfwaardigheid ervan. Ook gebackspaced dus. Om vervolgens het backspacen zelf tot onderwerp van dit schrijfsel te verheffen. Ik kan me voorstellen dat wanneer je dit leest -en al tot hier gekomen bent, dank voor je geduld!- een gevoel van nutteloosheid je bekruipt. Een gevoel van ‘had ik mijn tijd niet beter ergens anders aan kunnen besteden’…

Ik denk het wel. Maar nu je toch al tot hier gekomen bent, lees dan de laatste alinea ook nog maar even door. Ik wil je namelijk oprecht bedanken voor het lezen van mijn verhalen. Zo nu en dan wordt er zelfs ook op gereageerd. Dat vind ik fijn dus ook daarvoor hartelijk dank. En alsof het zo moet zijn. Op het moment dat ik dit allemaal schrijf, bij de 200-jarige eik, wandelen een man en een vrouw voorbij. We groeten elkaar, hebben het heel kort over de rust van deze plek en al wandelend draait zij zich nog even om en zegt: ‘Ik lees trouwens altijd je stukjes’…

Mooi toch? Niks backspacen…

Onder de 200-jarige eik…