
Gisteren zag ik ze weer. Ietwat verlept maar nog steeds in een mooie driehoek naast elkaar. Vorige week zondag waren ze er neer gelegd, wist ik. Negen prachtige rode rozen. De punt van de driehoek gaf de plek aan waar het om ging.
Een dag eerder, op zaterdag, zat ik in de buurt van die plek, op een bankje. Zoals altijd genietend van de rust en de stilte. Rechts van mij, in het kleine stukje groen, viel me op dat er een heuveltje zand lag. In de landelijke omgeving met velden en akkerbouw niet echt een ongewoon beeld, maar speciaal op die plek was het toch wel opvallend. Net toen ik me begon af te vragen wat er daar toch in de grond moest komen, hoorde ik van de andere kant een auto langzaam naderen.
Het was een statige zwarte auto, die stopte ter hoogte van het heuveltje zand. Twee mannen stapten uit. We groetten elkaar en terwijl de een naar het heuveltje liep, legde de ander uit wat ze kwamen doen. Hun vader was een jaar geleden gestorven, vertelde hij. Zijn laatste wens was dat zijn as op deze mooie plek zou worden begraven. Niet alléén, maar samen met de as van zijn vrouw. Hun moeder, die -als ik het goed onthouden heb- al in 2016 overleden was.
Een van de twee broers haalde een blauw doosje uit de auto. ‘Even kijken of het past’ zei hij. ‘Morgen komen we hier met de andere broers en zussen bij elkaar, om aan de laatste wens van vader tegemoet te komen. En dan moet het natuurlijk wel goed gaan’, legde de ander uit. Zijn broer probeerde ondertussen of hun voorwerk zou voldoen voor het gebeuren een dag later. Dat bleek het geval. ‘En moeder past er prima bij’, concludeerde hij. Het blauwe doosje was van afbreekbaar materiaal, legde hij uit. Speciaal bedoeld om as van overledenen op een verantwoorde manier terug te geven aan de aarde.
Ik vond het een speciale ontmoeting, die zaterdagmiddag. De plek werd voorzichtig afgedekt met een houten plaat die met zand en een steen op zijn plaats werd gehouden. We namen afscheid en zacht zoemde de auto van me vandaan. Een dag later, zo tegen een uur of drie ‘s middags, ben ik langs dezelfde plek gefietst en zag ik de negen rozen liggen. Precies daar waar gisteren nog het heuveltje zand lag, markeerden de rozen nu de plaats waarvan ik me voorstelde dat eerder negen kinderen opnieuw afscheid hadden genomen van hun ouders. Maar niet alleen afscheid. De negen rozen wezen ook naar de plek waar twee mensen die al zo lang samen waren geweest weer bij elkaar kwamen. Behalve afscheid dus ook een soort ontmoeting. Een weerzien.
Nu, een week later op Paaszondag, denk ik er aan terug. Op de dag van de verrijzenis stel ik me voor dat de as van deze twee mensen straks, als het blauw om hen heen hen vrijlaat en teruggeeft aan de aarde, diezelfde aarde zich met hen vermengd. De aarde die hun as vervolgens laat meereizen met de wortels van de bloemen en het gras, om -eenmaal boven de aarde- het blauw van de hemel weer te zien. Een verrijzenis die zo een reis wordt, die altijd maar doorgaat. Een reis waar negen kinderen uit zijn ontstaan, die ieder met een roos verbonden blijven met de plek, waar hun ouders sinds vorige week hun reis hebben voortgezet.
Misschien omdat ‘verrijzenis’ ook ver reizen is…
Wat is dit prach5ig beschreven, Geert. Je ziet precies voor je, hoe het gebeurd is.Verzonden vanaf mijn Galaxy
Hallo Geert, in gedachten zie ik het voor mij, ik weet om wie het gaat! 2 Prachtige mensen waren het, ze waren mijn eerste kraamgezin toen ik gediplomeerd was, we hebben altijd contact gehouden, op de avond voor zijn overlijden spraken we hem nog. Twee dierbaren ontvielen ons. En ja, we missen hun. Een mooi geschreven verhaal Geert, en dat jij op het juiste moment daar was. Mooi zeg!
Hallo Geert , wat mooi omschreven .het was al ’n dierbare plek voor onze fam. maar nu nog meer.
Vandaag ben ik er heel gewandeld vanuit Cassele en ook op de bank gezeten en veel herinneringen kwamen weer boven aan deze dierbare personen die allebei veel te vroeg ons zijn ontvallen.