Al een paar maanden loop ik rond met de drang om er iets over op te schrijven. Vooral omdat het zo ingrijpend is. Maar dat is tegelijk de reden dat het er nog steeds niet van gekomen is. Tot nu. Waarom? Omdat het onvermijdelijk is.
Hele praktische dingen vergen zoveel tijd dat het schrijven erover er niet van komt. Het mee voeren van een intakegesprek bijvoorbeeld, twee dagen geleden, waarin de wijkverpleegkundige precies die vragen stelt, die ik tot dat moment alleen nog maar angstig zachtjes in mijn hoofd durfde te stellen. Het onvermijdelijke lijkt steeds dichterbij te komen.
Met mijn broers en zussen probeer ik zo goed mogelijk dat te doen waarvan we niet weten of het juist is. Terwijl het wrange is dat wat we ook doen, dat nooit zo verkeerd kan zijn als wat het lot heeft bepaald. En dus doen we en regelen we dat wat het onvermijdelijke noodzakelijk maakt. Samen met haar dochter.
Vandaag word ik gebeld door Medipoint om een rolstoel, een rollator en een douchestoel op te komen halen. Die ga ik straks bij haar brengen. Misschien testen we de rolstoel meteen wel uit, want de lucht is blauw en de bomen worden langzaam steeds groener. De natuur wacht nergens op. Ook dat is onvermijdelijk.
Op haar bucketlist staat een wens: het appartement van haar dochter bezoeken, die door hetzelfde lot nooit de vragen heeft kunnen stellen die haar nu onvermijdelijk bezig houden. Dat bezoek gaat er komen. Of het alle vragen gaat beantwoorden? Dat denk ik niet. Maar wel een paar hele essentiële. Omdat het stellen van de vraag eigenlijk al het antwoord is.
Geconfronteerd worden met het onvermijdelijke komt zo dicht bij de kern, dat het pijn doet. De zenuw van ons bestaan wordt geraakt. En tegelijk ligt daar de oplossing. Ultiem. Onuitgesproken. Tijdloos. Dat, en de zacht voorbij glijdende witte wolken in een strakblauwe lucht, maken het onvermijdelijke draaglijk. Door de groene blaadjes waait hoop.
De telefoon gaat. Medipoint. De rolstoel is er.
Niks leuks aan. Ik zoek naar het hartje
zucht, hier is het
❤