De zin

Backspace. Klik, klik, klik. Mijn eerste zin ‘ik hoor kloppen bij de buren’, verdwijnt van achter naar voren en ik ben weer waar ik begon. Een valse start van mijn ‘action-writing’. Of toch niet. Een deur slaat er dicht. Een geluid dat eigenlijk al weer weg is als ik er echt naar luister. Onze ovenklok lijkt ineens van plan om alle doffe en minder zachte burenbonkjes te gaan ondersteunen.

Bestaat dat? ‘Action-writing’? Zoals een schilderij door een action-painter ter plekke gecreëerd wordt? Om zo ook, van het ene naar het andere moment, een verhaal te laten ontstaan? Een verhaal met zeggingskracht? Misschien is het een vergelijkbare maak-drang? Ziet de schilder in zijn hoofd al zijn meesterwerk op het nog lege doek? Of voelt hij bij de eerste verfstreek al de pijn van de beperking?

Een eerste zin schrijven en die dan meteen laten verdwijnen. Opnieuw en opnieuw, totdat je besluit om die eerste zin te laten staan en te gaan werken aan een tweede. Werk hoeft niet perse moeilijk te zijn, maar zo uit elkaar getrokken is makkelijk toch anders. En voor wie? Wat gaat het opleveren als ik voortdurend bij het wit tussen woorden wegdroom? Of nadenk? Naar buiten kijk en een paraplu voorbij zie wandelen? Mijn ovenklok in cadans hoor tikken met de toetsen van mijn Xenos-toetsenbordje. Waarvóór?

Zo vaak heb ik het in mijn hoofd al opgeschreven. En nog nooit gelukt om vast te leggen met woorden. Met minder denken en méér doen doe ik een poging. Telkens weer. Tikkend op toetsen, nú zelfs op het ritme van de regen, maar zo vaak tevergeefs. En toch… eens zal het er staan. Tot mijn eigen verbazing en geluk. Dan lees ik terug wat ik wilde zeggen. Gaat er een deur zachtjes open in mijn hoofd. Door het kloppen van mijn hart.

Omdat ik wèl heel veel van je hou.

Gepubliceerd door

Geert van den Munckhof

Gedachten digitaal delen en vastleggen in verhalen.

Plaats een reactie